God ontwricht onze taal. Of om het positief te formuleren: Hij breekt onze taal open. Alle informatie over God is fundamenteel relationeel en fragmentair en alleen op die manier opgevat zinvol. Heeft taal over God iets totalitairs – alleszeggend, alles verklarend – dan gaat ze eigenlijk niet zozeer over God, maar vertelt ze vooral iets over de persoon die haar hanteert. Zelf zou ik het zo jammer vinden als God zo klein zou zijn dat Hij in woorden zou passen. In de praktijk wordt Hij vaak gevangen gezet in woorden. Dit werkt gelukkig niet. God zelf blijkt een Houdini buiten categorie. Wie denkt Hem helemaal te kunnen kennen, komt onvermijdelijk van een kale reis terug. God ontsnapt aan elke mens die de hand op Hem wil leggen.

 Erik Galle, De voorafplek. Een therapeutische en monastiek traject, Halewijn/Adveniat, p. 26