Op een dag verdween
Gij mijn God
zomaar uit het beeld
dat ik ontworpen had
van U.
Ontgoocheld was ik
denkend dat Gij mij
verlaten had
en ik niet U.
Toen hebt Gij mij
de ogen geopend
voor uw aanwezigheid
die zoveel dieper gaat
dan wat mijn oog
kan zien en
mijn oor kan horen
dan alles wat ik
me inbeelden kan.
Dankbaarheid en vreugde
zijn voortaan mijn deel.
Ik weet nu dat Gij
er altijd zijt.
Erik Galle, Ik ben een pelgrim die de stilte als bestemming heeft, Halewijn, p. 10